Etappe 10 Chiry-Louvenacourt (58 km)
 

 

We flitsen met de warme wind in de rug door het bos van Compiègne op weg naar een gîte in een mooie vallei.
SANT97S2_50.jpg
Compiègne Jeanne 'd Arc 
 We zijn het nog niet verleerd, het opbreken van een kamp, maar het is wel een vreselijk gedoe zeg. Sommige dingen gaan wel tien keer door je handen. Maar om half tien rijden we uiteindelijk weg.
We flitsen met de wind in de rug door het bos van Compiègne naar de stad van die naam.
SANT97S3_01.jpg
Compiègne stadhuis
Na Cambrai hebben we nog een beetje de schrik in de benen. Compiègne is de eerste grotere stad die we binnenrijden na onze barre tocht door Cambrai. Maar Compiègne blijkt een vriendelijke stad. We komen net aan voor het middaguur, zodat we nog wat kunnen winkelen. 
Een prachtig stadhuis beheerst het beeld van de stad
SANT97S3_02.jpg
Compiègne
De Jacobskerk is vervallen en niet toegankelijk. De kerk ligt tegen een rustig parkje waar we uitgebreid picknicken.  
We fietsen onder de hete zon de stad uit. Voor het eerst moeten we onderweg de bidons bijvullen en Eric en ik trekken onze lange broeken over de fietsbroek om onze benen te beschermen tegen de zon.
De route tot aan Catenoy gaat door de typisch Noord-Franse, golvende graanakkers. Na Catenoy verandert het en krijgen we zowaar een echte klim. Nederlandse fietsers als we zijn, puffen we als we honderd meter stijgen in  twee kilometer met de fietskar en de Alleycat achter onze fietsen.
Na een korte daling zien we opeens in een mooi smal dalletje de paardenboerderij, waar we een gîte hebben gereserveerd. Het is er vies, maar we genieten vooral van het feit dat Rienke uitgebreid kookt in de keuken. 
De jongens raken steeds enthousiaster; we halen Tours als we zo doorgaan!

 

© Schrijver en Schrijver